Vertaling Bijbel, Kanttekeningen SV, [], En zie, ik zal den jongen zenden, [zeggende]: Ga heen, [43]zoek de pijlen, indien ik [44]uitdrukkelijk tot den jongen zeg: Zie, de pijlen zijn van u af en herwaarts, neem [45]hem; en kom gij, want er is vrede voor u, en [46]er is geen ding, [zo waarlijk] de HEERE leeft! 43. Hebreeuws, vind de pijlen; dat is, zoek de pijlen totdat gij ze gevonden hebt. 44. Hebreeuws, zeggende zeg. 45. Te weten, den jongen. Anders, neem ze, te weten, de pijlen. 46. Te weten, wat u in den weg is, of waar gij u voor te vrezen hebt.